Hoofdstuk 33
De regelgeving omtrent het bouwen van tombes en mausoleums op de graven.
De regelgeving omtrent het bouwen van tombes en mausoleums op de graven.
Op gezag van Jaabir bin 'Abdullah die zei dat de Boodschapper van Allaah het verbood om op de graven te bekladden en erop te zitten en erop te bouwen.
Op gezag van Abu Al-Hayaaj Al-Asadiy die zei 'Ali ibn Abi Taalib zei tegen mij, ''ik roep jou op tot wat de boodschapper van Allaah mij opriep en dat is dat je geen beeld ongeschonden laat en geen verhoogd graf laat je zonder het met de grond gelijk te maken.
Het volgende kan uit deze ahadeeth gehaald worden:
- Het verbod op het bouwen op de graven
- Het verbod op het bekladden van graven
- Het verbod op het zitten op de graven
- Het verbod op het tekenen van iets dat een ziel heeft
- De verplichting om afbeeldingen/beelden van iets dat een Ruh (ziel) heeft te schenden
- De verplichting om alles dat op een graf is gebouwd, groter dan een handlengte te vernietigen
Allamah Shawkaani, rahimahoellaah, zei, ''En als je dit accepteert, dan zul je weten dat het verhogen van graven en het bouwen van tempels, moskeeën en tombes over de graven, vervloekt werd door de boodschapper van Allaah. Zoals net al duidelijk werd en ook op anderen gelegenheden zei hij, ''De ergste straf van Allaah is voor een volk dat de graven van hun profeten als plaats van aanbidding (moskeeën) heeft gemaakt.''
En daarna maakte hij du'aa tegen hen opdat Allaah woedend op hen zal zijn, vanwege hun ongehoorzaamheid en zondes die zij gepleegd hebben. En dit is terug te vinden in de saheeh (Al-Bukhaari).
Op sommige momenten verbood hij dit soort dingen ten opzichte van graven en sommige momenten riep hij mensen op om ze te vernietigen. Sommige momenten noemde hij het als daad van de joden en christenen en sommige momenten zei hij, ''maak mij graf niet tot afgod.'' En op andere momenten, ''Maak van mijn graf geen plaats waar je vaak terugkeert.'' En dat zijn de bijeenkomsten eens per seizoen, zoals velen van de dienaren van de graven doen. Zij maken voor degenen waar ze in geloven (van de doden) speciale tijdstippen waarop ze bijeenkomen (bij hun graven) en dragen hun rituelen aan hen op en houden zich met hen bezig.
Zoals iedereen van de mensheid weet over de daden van deze deserteurs, degenen die de aanbidding van Allaah, Degene die hen heeft geschapen en hen voorziet, verlaten hebben. Dan zal Hij hen laten dood gaan en hen opnieuw tot leven wekken, is dat zij een dienaar van de dienaren van Allaah aanbidden, die onder de grond begraven ligt en niet in staat is om zichzelf schade toe te brengen of zichzelf te verdedigen. Precies zoals de boodschapper van Allaah zei, betreffende wat Allaah hem opdroeg te zeggen:
''Ik heb geen macht om mezelf van nut te zijn of schade toe te brengen''
Kijk dan hoe de leider der mensheid en de beste van de schepping van Allaah op bevel van zijn Heer zei, dat waarlijk hij niet in staat is zichzelf schade tot te brengen of van nut te zijn en zo zei hij ook in wat authentiek van hem is overgeleverd, ''Oh Faatimah, dochter van Muhammad, ik kan jou in niets van nut zijn bij Allaah.'' Als dit de uitspraak was van de boodschapper van Allaah over zichzelf tegenover zijn meest speciale verwant en meest geliefd voor hem, wat denk je dan van de andere doden, die geen foutloze profeten of gezonden boodschappers zijn? Nee, hij is hooguit een individu van de individuen van de ummah van Muhammad en een van de mensen van deze islamitische religie.
Als hij niet in staat is zichzelf van nut te zijn, of schade van zichzelf weg te nemen, hoe kan hij dan in staat zijn iets te doen, waartoe de boodschapper van Allaah niet in staat was. En hij informeerde zijn ummah over wat van hem overgeleverd is en hij werd bevolen tegen de mensen te zeggen dat hij niet in staat is zichzelf schade toe te brengen of van nut te zijn en hij was niet in staat om zijn meest speciale en geliefde verwant van nut te zijn bij Allaah.
Het is verbazingwekkend! Hoe kan zelfs iemand met weinig kennis of weinig inzicht verwachten om profijt of schade te verkrijgen van een individu van de individuen van de ummah van de profeet, die deze uitspraak deed betreffende hemzelf. En de werkelijkheid is dat hij een individu van zijn volgers is, degenen die zijn sharee'ah volgen.
Hebben jouw oren dan gehoord (moge Allaah jou leiden) over een dwalend intellect groter dan deze dwaling die is opgedoken onder de aanbidders van de bewoners van de graven.
Waarlijk wij behoren toe aan Allaah en tot Hem zullen wij terugkeren.
Hoofdstuk 34
Het verbod op het bidden richting de graven.
Het verbod op het bidden richting de graven.
Op gezag van Abu Murthad Al-Ghanawee die zei dat de boodschapper van Allaah zei, ''bid niet richting de graven en zit er niet op''
Ik zeg: Uit de tekst blijkt duidelijk dat het verboden is om richting de graven te bidden en verboden om erop te zitten. Dit is een fundamenteel principe: ''het principe betreffende een tekst waarin iets verboden wordt is dat het verboden is, behalve als er een andere tekst is die dit verbod opheft'' en in dit geval is er niets wat het opheft. De mensen die de bevelen van Allaah en de bevelen van de Boodschapper van Allaah tegengaan zouden Allaah moeten vrezen en de uitspraak van Allaah moeten herinneren waarin Degene vrij van alle gebreken, Allaah, zegt:
Laten degenen die het bevel van de boodschapper van Allaah tegengaan opletten dat een beproeving hen overkomt, of een strenge bestraffing.
Hoofdstuk 35
De regelgeving betreffende het jaarlijks bezoeken van bepaalde graven.
De regelgeving betreffende het jaarlijks bezoeken van bepaalde graven.
Vraag: Zijn deze jaarlijkse bezoeken naar bepaalde graven en wat daar plaatsvindt aan gedans en mixen van mannen en vrouwen en andere kwade zaken, voorgeschreven door de Maker van Wetten (Allaah).
Antwoord: Allaah is Degene die succes geeft naar dat wat correct is. Voorwaar, deze jaarlijkse bezoeken naar bepaalde graven en dat wat daar plaatsvindt aan gedans en mixen van mannen en vrouwen en andere soorten kwaad, zijn niet voorgeschreven door de Maker van Wetten. Ze behoren tot de nieuw toegevoegde zaken aan de deen en tot kwade gebruiken waarvoor Allaah geen bewijs heeft neergezonden.
Het is verplicht voor degenen met gezag, Moge Allaah ons en hen sterken op de waarheid, en de geleerden, Moge Allaah ons en hen succes schenken, om dit lelijke kwaad te veranderen dat oproept naar verval van het moraal en ethieken van de islaam.
De bewijzen voor het waarschuwen en oppassen voor innovaties zijn al eerder genoemd, ik verwijs u daarnaar. En deze behoren tot de innovaties die gebonden zijn aan een tijd en een plaats en een graf zonder bewijs uit de Sharee'ah en voorwaar er is kwaad en shirk mee verbonden. En toevlucht wordt gezocht bij Allaah.
Weet verder, moge Allaah jou en mij succes schenken, dat het bezoeken van graven in drie categorieën is onderverdeeld en deze zijn:
- Toegestaan bezoek
- Geïnnoveerd bezoek
- Een bezoek die shirk is
Betreffende het toegestane bezoek, dat is in de islaam toegestaan op twee voorwaardes:
1) Dat er geen reis voor wordt ondernomen. Van Abu Sa'eed Al-Khudri die zei dat de boodschapper van Allaah zei, ''onderneem geen reizen, behalve naar 3 moskeeën, deze moskee van mij, de moskee Al- Haram en de Al-Aqsa moskee.
2) Dat de bezoeker geen obscene taal gebruikt. Van Buraidah die zei dat de boodschapper van Allaah zei, ''ik was gewoon jullie te verbieden om graven te bezoeken, bezoek ze nu.''
''Ik was gewoon jullie te verbieden om graven te bezoeken, laat degene die ze wenst te bezoeken dat doen zonder obscene taal te gebruiken.''
''En zonder obscene taal te gebruiken'' wil zeggen slecht gepraat. Voor meer informatie: zie het boek an-Nihaayah.
Ik zeg, kijk dus, moge Allaah genade met jou hebben, hoe de boodschapper van Allaah het ons verboden heeft om kwade en slechte woorden te uiten bij het bezoeken van graven. En welke woorden zijn kwader en slechter dan het aanroepen van de doden in plaats van Allaah en hulp zoeken bij hen in plaats van bij Allaah. En dit, bij Allaah, is het meest kwade en slechte. Het is zoals Allaah zegt:
''Maar de meeste mensen weten niet.''
Hij zegt dit op elf plaatsen in de Edele Qur'aan:
1) Soorah Al-Ar'aaf (7): 187
2) Soorah Yoosuf (12): 21
3) Soorah Yoosuf (12): 40
4) Soorah Yoosuf (12): 68
5) Soorah An-Nahl (16): 38
6) Soorah Ar-Room (30): 6
7) Soorah Ar-Room (30): 30
8) Soorah Saba' (34): 28
9) Soorah Saba' (34): 36
10) Soorah Ghaafir (40): 57
11) Soorah Al-Jaathiyah (45): 26
En Allaah heeft de waarheid gesproken want Hij zei:
En de meeste van hen geloven niet in Allaah zonder dat zij Hem deelgenoten toe kennen.
Betreffende deze geïnnoveerde bezoeken, er ontbreekt minstens een voorwaarde van de twee voorwaardes.
Betreffende het bezoek van shirk, dat is als een persoon een soort van de soorten van shirk verricht zoals het aanroepen van anderen dan Allaah, of het slachten voor anderen dan Allaah, of het zweren bij anderen dan Allaah, of het hulp zoeken bij anderen dan Allaah of het toevlucht zoeken bij anderen dan Allaah.
Hoofdstuk 36
De regelgeving betreffende het maken van graven in wegen, speelplaatsen en parkeerplaatsen.
De regelgeving betreffende het maken van graven in wegen, speelplaatsen en parkeerplaatsen.
Vraag: Is het toegestaan om begraafplaatsen in wegen en parkeerplaatsen te maken en om winkels op ze te bouwen en andere vormen van laster.
Antwoord: Allaah is de Schenker van succes. Voorwaar smaad en onrecht is verboden zowel tegenover de levenden als tegenover de doden. Het is zelf sterker verboden tegenover de doden, vanwege de hadieth van de profeet, van Abu Hurairah die zei dat de boodschapper van Allaah zei, ''dat een van jullie op hete kolen zit en eerst zijn kleren en daarna zijn huid verbrand, is beter voor hem dan op een graf te zitten.''
Ik zeg: Gebaseerd op deze hadieth is het dus verboden voor een moslim die in Allaah en de laatste dag geloofd om zijn moslimbroeder schade toe te brengen, of hij nou leeft of dood is.
En het is voor het gezag om het onrecht te voorkomen van diegene die de begraafplaatsen als wegen en markten en zitplaatsen maken en het is voor de geleerden om de waarheid te verduidelijken die met hen is en Allaah is de Schenker van succes.
Hoofdstuk 37
Het verbod op het schade toe brengen aan de moslims.
Het verbod op het schade toe brengen aan de moslims.
Imaam Tirmidhi zegt in zijn Jaami': Overgeleverd door Yahyaa bin Aktham en Jaarood bin Mu'aadh die zeiden dat Al-Fadal bin Moosaa aan ons overleverde van Hussayn bin Waaqid, van Awfee bin Dhalham van Naafi' van ibn 'Umar die zei, ''de boodschapper betrad de minbar en riep met een luide stem, ''Oh verzameling (van mensen), die zich overgeven met hun tong, en eemaan is jullie harten nog niet binnengedrongen, breng de moslims geen schade toe, beledig ze niet en hou je niet bezig met hun fouten. Voorwaar degene die zich bezig houdt met de fouten van zijn moslimbroeder, Allaah zal zijn fouten openbaar maken en wiens fouten openbaar gemaakt worden door Allaah, Hij zal hem blootleggen, zelfs als hij in het binnenste van het zadel van zijn kameel zou zijn.''
De ketting van overleveraars
Yahyaa bin Aktham: Hij is de jurist (Faqeeh), de rechter (Qaadi) en in Taqreeb, hij is betrouwbaar en voor uitspraken betreffende hem zie Tadheeb.
Bovendien wordt hij genoemd met Jarood bin Mu'aadh. Nasaa'ee vertrouwde op hem zoals gebeurd in Tahdheeb.
Al-Fadal bin Moosaa: ''Meer dan een van de Muhaditheen vertrouwde op hem.''
Hussayn bin Waaqid: Rechter van Marw (stad in Turkmenistan), Yahyaa bin Ma'een vertrouwde op hem en Abu Zur'ah en Nasaa'ee zeiden, ''Geen probleem met hem.''
Awfee bin Dhalham: ''Nasaa'ee vertrouwde op hem.''
Naafi': de bediende van 'Abdullah bin 'Umar en er staat in Taqreeb, ''betrouwbaar, geloofwaardig, faqeeh (iemand met begrip).''
Ibn 'Umar, dat is 'Abdullah, een metgezel, zoon van een metgezel.
Ik zeg: De hadeeth is dus saheeh en alle lof zij aan Allaah. Het bevat een verbod op het beledigen van de moslims en zich bezig houden met hun fouten.
Bron: http://www.selefiepublikaties.com/