Follow Us on Twitter Be our fan on Facebook

DE TOEKOMST IS VOOR DE ISLAM

Shaykh al-Albânî [1], Bron : Silsilat al-Ahâdîth as-Sahîha (p.6-8)
 
Al-Istiqâma-magazine, nr. 2 – safar 1417h/Juli 1996
 
--------------------------------------------------

Allah ‘azza wajalla zei :
[Hij is Degene Die Zijn Boodschapper heeft gezonden met de Leiding en de ware godsdienst om deze te laten zegevieren over alle (vormen van) godsdienst, ook al haten de veelgodenaanbidders het.] (Koran, S. as-Saff, v. 9) 
In dit vers krijgen we het goede nieuws dat de toekomst voor de Islam is, die dominantie, overwicht en heerschappij krijgt over alle andere religies. Sommige mensen denken misschien dat dit vervuld was in de tijd van de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wasallam) en de rechtgeleide kaliefen en de rechtvaardige koningen, maar dat is niet het geval. Slechts een deel van deze ware belofte was toen vervuld, zoals de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wasallam) aangaf toen hij zei :

“Nacht en dag zullen niet voorbijgaan totdat al-Lât en al-‘Uzzâ aanbeden worden.” ‘Â’isha (radiyAllahu ‘anhâ) zei toen: O Boodschapper van Allah! Ik dacht dat toen Allah
[Hij is Degene Die Zijn Boodschapper heeft gezonden met de Leiding en de ware godsdienst om deze te laten zegevieren over alle (vormen van) godsdienst, ook al haten de veelgodenaanbidders het.] neerzond, dat het volledig zou zijn. Hij (sallAllahu ‘alayhi wasallam) zei : “Er zal zijn van dat wat Allah wenst.” [2]
 
Er zijn andere ahâdîth die tonen hoe ver de Islam zal reiken en domineren en hoe ver het zich zal verspreiden, zodat er geen twijfel bestaat dat de toekomst voor de Islam is, met de toelating en gunst van Allah. Ik zal dus aanhalen wat ik kan van deze ahâdîth en hopelijk zullen ze de vastberadenheid versterken van degenen die voor de Islam werken, en een bewijs vormen tegen degenen die onverschillig zijn en degenen die wanhopen !
 
Ten eerste: “Allah raapte zeker de aarde voor mij op zodat ik haar oosten en haar westen zag; en de heerschappij van mijn Umma zal zeker bereiken wat ervan opgeraapt werd voor mij.” [3] En zelfs nog duidelijker en algemener dan dat is de hadîth :
 
Ten tweede: “Deze zaak zal bereiken wat bereikt wordt door de nacht en de dag, en Allah zal geen woning van steen noch vacht laten zonder dat Hij er deze religie zal doen binnengaan, waarbij Hij eer en vernedering brengt. Eer die Allah geeft aan de Islam en vernedering die Allah zal geven aan het ongeloof.” [4]
 
(Daarom is het aan de moslims om zichzelf voor te bereiden, door zich naar hun Heer te keren, vast te houden aan Zijn Boek, de Sunna van Zijn Profeet (sallAllahu ‘alayhi wasallam) te volgen, weg te keren van alles wat Allah ongeoorloofd heeft gemaakt en zich te verenigen op datgene waar Hij (subhânahu wa ta’âlâ) tevreden over is.) [5] Inderdaad, er bestaat geen twijfel dat de verwezenlijking van deze overheersing vereist dat de moslims terugkeren naar spirituele, materiële en gewapende kracht, zodat ze in staat zijn de kracht van kufr (ongeloof) en onderrukking te overwinnen. Dit goede nieuws wordt ons gegeven in de hadith :
 
Ten derde: Van Abû Qabîl die zei: We waren bij ‘Abdullah ibn ‘Amr ibn al-‘Âs en hij werd gevraagd welke stad als eerste veroverd zou worden: Constantinopel of Rome? ‘Abdullah liet een gesloten kofferbak brengen en hij zei: ‘Neem er een boek uit.’ Dan zei ‘Abdullah : ‘Toen we bij de Boodschapper van Allah (sallAllahu ‘alayhi wasallam) aan het schrijven waren, werd aan de Boodschapper van Allah (sallAllahu ‘alayhi wasallam) gevraagd: Welke stad zal als eerste veroverd worden: Constantinopel of Rome? De Boodschapper van Allah (sallAllahu ‘alayhi wasallam) zei: “De stad van Heraclus zal als eerste veroverd worden”, waarmee hij Constantinopel bedoelde. ’ [6]
 
De eerste verovering die vermeld wordt, vond plaats door toedoen van Muhammad al-Fattâh al-‘Uthmânî, zoals welbekend is, en het gebeurde meer dan 800 jaar nadat de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wasallam) de verovering voorspelde. Dus de tweede verovering zal plaatsvinden, met de toestemming van Allah (ta’âlâ), het is zeker en je zal er na enige over horen. Het lijdt ook geen twijfel dat de verwezenlijking van de tweede verovering de terugkeer vereist van de rechtgeleide kaliefen naar de MoslimUmma, hetgeen hij (sallAllahu ‘alayhi wasallam) voorspelde met zijn woorden in de hadîth :
 
Ten vierde: “Het profeetschap zal onder jullie blijven zolang als Allah dat wenst, dan zal Allah het opheffen wanneer Hij het wenst op te heffen. Dan zal er een Khilâfa zijn op de wijze van het Profeetschap en dat zal onder jullie blijven zolang als Allah dat wenst en dan zal Allah het opheffen wanneer Hij het wenst op te heffen. Dan zal er een hard koningschap zijn dat onder jullie zal blijven zolang als Allah dat wenst, waarna Hij het zal opheffen wanneer Hij het wenst op te heffen. Daarna zal er een tiranniek koningschap zijn en het zal onder jullie blijven zolang als Allah dat wil, waarna Allah het zal opheffen wanneer Hij het wenst op te heffen. En dan zal er een Khilâfa zijn op de wijze van het Profeetschap.” Dan was hij stil. [7]
 
Tot het goede nieuws over de terugkeer van de kracht van de moslims, en hun mogelijkheid om de aarde te gebruiken om hun doelen te bereiken, en dat ze zelfs in de economische en agrarische sfeer een schitterende toekomst hebben, behoort zijn (sallAllahu ‘alayhi wasallam) uitspraak :
 
Ten vijfde: “Het Uur zal niet gevestigd worden totdat het land van de Arabieren terug weiden en rivieren wordt.” [8] De eerste tekenen van de verwezenlijking van deze hadîth zijn al begonnen met verschijnen in sommige delen van de Arabische landen, waarover Allah Zijn zegeningen en grote gunsten heeft uitgestort, zodanig dat overvloedig water uit de woestijn wordt gewonnen, en morgen is heel dichtbij voor degene die erop wacht.
 
Het moet ook bekend zijn dat zijn (sallAllahu ‘alayhi wasallam) uitspraak : “Er zal geen tijd over jullie komen, zonder dat hetgeen erna komt erger zal zijn, totdat je je Heer ontmoet.” [9] Deze hadîth moet begrepen worden in het licht van de vorige ahâdîth, evenals in het licht van andere ahâdîth zoals de ahâdîth over de Mahdî en de terugkeer van ‘Îsâ (‘alayhi s-salâm), hetgeen toont dat deze hadîth niet moet begrepen worden als zou hij geen uitzonderingen hebben. Het is eerder algemeen en heeft uitzonderingen. Het is dus niet toegestaan om het de mensen op onbeperkte manier te laten begrijpen, zodanig dat ze in wanhoop vervallen, want geen enkele gelovige hoort dit als eigenschap te hebben :
 
[Voorwaar, niemand wanhoopt aan de Genade van Allah, behalve het ongelovige volk.] (Koran, S. Yûsuf, v. 87)
 
Ik vraag dat Allah van ons allen ware gelovigen in Hem maakt.
 
-----------------------------------------------------------------------
 
[1] Silsilat al-Ahâdîth as-Sahîha (p. 6-8) van shaykh al-Albânî.
[2] Muslim 8/182 en Musnad Abî Ya’lâ 216/2.
[3] Muslim 8/171, Abû Dâwud 4252, van Thawbân radiyAllahu ‘anhu
[4] Sahîh, Ahmad 4/103 en Sahîh Ibn Hibbân 1631
[5] Toegevoegd van Tahdhîr as-Sâjid p. 119
[6] Sahîh, Ahmad 2/176, ad-Dârimî 1/126 en al-Hâkim 3/422
[7] Sahîh, Ahmad 4/273, van an-Nu’mân ibn Bashîr radiyAllahu ‘anhu
[8] Muslim 3/84 en al-Hâkim 4/477, van Abû Hurayra radiyAllahu ‘anhu
[9] Al-Bukhârî van de hadîth van Anas radiyAllahu ‘anhu

Ibn Qayyim al-Jawziyya, Imam al-Qurtubî en Shaykh Ibn Bâz over gemengdheid

  1. De Imam Ibn Qayyim al-Jawziyya heeft uitleg gegeven met betrekking tot de vrouwen die hun huizen verlaten en de regels van de bescheidenheid (of zedigheid) van de Islam niet respecteren.
    Hij zegt:
    "Het is verplicht voor de leider om de gemengdheid (al-ikhtilât) tussen man en vrouw te verbieden op de markten, op de straten en op de openbare plaatsen waar mannen bijeenkomen. De Imam Mâlik ibn Anas heeft gezegd : « Ik ben van mening dat de leider het moet verbieden dat jonge meisjes bij ambachtslieden gaan zitten. Wat de oudere vrouw betreft, zij die geen schuld treft als ze bij hen zit, daar zie ik geen kwaad in.» De leider is daar dus voor verantwoordelijk en de verleiding van de vrouw is groot. De Profeet sallAllâhu 'alayhi wasallam heeft gezegd :
    (ما تركت بعدي فتنة هي أضر على الرجال من النساء)
    « Na mij laat ik geen grotere zwaardere fitna (verleiding of beproeving) voor de mannen, dan de vrouwen. » (Sahîh al-Bukhârî en Sahîh Muslim)
    En in een andere hadith zegt hij tegen de vrouwen :
     
    (لكن حافات الطریق)
    « Voor jullie de zijkanten van de weg. » [Sunan Abî Dâwud, nr. 5272, authentiek verklaard door Shaykh al-Albânî]
    Hij (de leider) moet het de vrouwen verbieden om opgesmukt en opgemaakt buiten te gaan en hij moet hen verbieden kleren te dragen die hen naakt tonen hoewel ze gekleed zijn, zoals losse en lichte kleren. Hij moet de vrouwen verbieden mannen aan te spreken op straat en hij moet mannen ook verbieden om hen aan te spreken. En als de leider het als noodzakelijk beschouwt om de kledij van de vrouw te besmeuren met inkt of iets anders wanneer ze haar huis verlaat en zich mooi en aantrekkelijk maakt, dan hebben sommige geleerden gezegd dat het toegestaan is dit te doen en ze hebben daarin gelijk gehad. En het is de minste van de materiële straffen die aan deze vrouwen kunnen worden toegebracht. En hij mag de vrouw ook gevangen nemen wanneer ze te vaak haar huis verlaat, vooral als ze buiten gaat terwijl ze opgemaakt is. De vrouwen (zo) laten (buitengaan) betekent in feite dat we hen helen in de zonde en in de ongehoorzaamheid, en Allah zal hierover rekenschap vragen aan de leider.

    En de leider der gelovigen, 'Umar ibn al-Khattâb heeft het de vrouwen verboden op de weg van de mannen te wandelen en zich onder hen te mengen op de weg, en de leider moet zijn voorbeeld daarin volgen. Al-Khallâl heeft zelfs gezegd in zijn Jâmi' : Muhammad ibn Yahyâ al-Kahhâl heeft me ingelicht dat hij gezegd heeft aan Abû 'Abdillâh (d.w.z. de Imam Ahmad ibn Hanbal) : Als ik een slechte man zie met een vrouw (wat moet ik dan doen) ? Hij antwoordde : Schreeuw op hem. (...)

    En het lijdt geen twijfel dat het toelaten aan vrouwen om zich onder de mannen te mengen de basis is van alle ongelukken en van al het kwade. Het is één van de grootste oorzaken voor de afname van de algemene straffen. Net zoals het tot de oorzaken behoort van het zedenbederf op zowel het publieke als het private gebied. En de gemengdheid (ikhtilât) tussen mannen en vrouwen is een oorzaak voor de toename van overspel en van zonden en ook een oorzaak voor de grote rampspoed en algemene epidemieën."

    [Bron : At-Turuq al-Hukmiyya fis-Siyâsa ash-Shar'iyya, p. 217-218]

  2. Imam al-Qurtubî en Shaykh Ibn Bâz rahimahumallâh over het feit dat de scheiding van geslachten voor alle vrouwen geldt, en niet enkel de echtgenotes van de Profeet (sallAllâhu 'alayhi wasallam) ___________________________________________________________________

    Allah 'azza wajalla zegt :
    وإذا سألتموهن متاعاً فاسألوهن من وراء حجاب ذلكم أطهر لقلوبكم و قلوبهن

    "En wanneer jullie hen (de vrouwen van de Profeet) om iets vragen, vraag het hen dan van achter de afscheiding (hijâb). Dat is reiner voor jullie harten en voor hun harten..." [1]

    Imam al-Qurtubî rahimahullâh zegt over dit vers :
    "In dit vers bevindt zich het bewijs dat Allah het heeft toegestaan om hen (de vrouwen van de Profeet) te vragen achter een afscheiding (hijâb) voor eender welke noodzaak die zich stelt of om een vraag over de religie te stellen. En alle vrouwen zijn hierin inbegrepen, volgens wat de bases van de sharî'a inhouden, omwille van het feit dat de gehele vrouw awra [2] is." [3]

    De Shaykh 'Abd al-'Azîz ibn Bâz rahimahullâh zegt :
    "Het is niet toegelaten om te zeggen dat de hijâb reiner is voor de harten van de vrouwen van de Profeet (sallAllâhu 'alayhi wasallam) en voor (de harten) van de mannen onder de Metgezellen, zonder dat dit (ook) diegenen die na hen kwamen betreft. Het lijdt geen twijfel dat diegenen die na hen komen nog meer nood hebben om gesluierd (afgeschermd) te zijn dan de Moeders der Gelovigen voor de Metgezellen, omwille van het immense verschil tussen de kracht van hun geloof en hun begrip van de waarheid, en de onze. Want de Metgezellen, mannen en vrouwen, evenals de Moeders der Gelovigen, zijn de beste mensen na de profeten en de beste generatie, zoals de Profeet het zelf gezegd heeft in een hadith die overgeleverd werd door al-Bukhârî en Muslim. Dus als de hijâb reiner is voor hun harten, dan hebben diegenen die na hen komen nog een grotere behoefte (daaraan) en zijn zij armer in einheid dan hen." [4]

    -----------------------------------------------------------------
    [1] Koran, S. al-Ahzâb, v. 53

    [2] De delen van het lichaam van de vrouw en van de man waarvan het niet toegestaan is om ze te tonen, worden in het Arabisch 'awra genoemd. De 'awra van de vrouw buiten het gebed en de hajj (bedevaart) is haar volledige lichaam, wanneer ze in het bijzijn is van vreemde mannen die niet tot haar mahârim (de mannen waarmee ze niet mag trouwen, zoals haar vader, broer, zoon, ...) behoren. In het gebed en de hajj is haar 'awra haar gehele lichaam, behalve het gezicht en de handen als er geen vreemde mannen in de nabijheid zijn. Zo niet moet ze het gezicht bedekken zoals gewoonlijk. [Over de kwestie van 'awra post ik later nog een uitgebreid documentje insha'Allah]

    [3] Al-Jâmi' fî Ahkâm al-Qur'ân (14/227)

    [4] Hukm al-Ikhtilât fî t-Tadrîs

Verdediging van het huwelijk van onze geliefde Moeder der Gelovigen.

Verdediging van het huwelijk van onze geliefde Moeder der Gelovigen 'Â'isha (radiyAllâhu 'anhâ) - Shaykh 'Abû 'Abdirrahmân 'Abdullâh ibn 'Umar ibn Mar'î ibn Burayk al-Adanî (hafidhahullâh ta'âlâ)
----------------------------------------------

De Profeet (sallAllâhu 'alayhi wasallam) is getrouwd met 'Â'isha (radiyAllâhu 'anhâ) toen ze welke leeftijd had ? Negen jaar. Een meisje van negen. [1] De ongelovigen gebruiken dat om de Islam te kleineren,
de moslims te bekritiseren en het beeld van de nobele Boodschapper (sallAllâhu 'alayhi wasallam) zwart te maken. Terwijl ze, als ze de zaken met rechtvaardigheid zouden beoordelen, zouden weten dat de Islam wel beter is dan hetgeen waarop zij zich bevinden, of dat nu in onze tijd is of in het verleden. Want tot op deze dag hebben zij nooit een precieze leeftijd bepaald voor het huwelijk.

En onder hen zijn er voor wie overspel gemakkelijker is dan het drinken van water, en ze hebben geen enkele straf voorzien die overspel bestraft. Het is waar dat in onze tijd ze bepaalde wetten hebben ingesteld die overspel bestraffen, maar zoals het gezegd gaat : « Het is slechts inkt op papier. » Terwijl ze in werkelijkheid afschuwelijke misdaden begaan, zoals wat zich voordoet met kinderen van minder dan zeven jaar, zonder te spreken over die van negen jaar! Ondanks dat dit concreet of abstract niet mogelijk is en ondanks dat dit verboden is.

En in de boeken van de christenen, om slechts hen aan te halen, staan enorm veel verschrikkelijke en schandelijke dingen vermeld die gebeuren in de kerken en andere... In hun boeken en hun geschiedenis is het bewijs dat ze zelf huwelijk en overspel hebben gepleegd, in hun landen en hun koninkrijken, op leeftijden die lager lagen dan negen jaar.

Dus wat is hun antwoord daarop? Vooral dat velen van degenen die dat onder hen gedaan hebben, tot hun grote persoonlijkheden behoren.

Dus wat voor hen als excuus en antwoord daarop dient, is ook een antwoord voor ons en zelfs meer.

Als ze zeggen dat dat gebeurd is op een manier die vrij was van onrechtvaardigheid en vijandigheid (waarin geen onrechtvaardigheid en vijandigheid zat), dat de vrouw haar volle volwassenheid had bereikt in haar leeftijd, haar fysiek en haar mentale kant, m.a.w. ze was dus klaar voor het huwelijk.

Dan zeggen wij hen dus :

Als dat een excuus is voor jullie, waarom zou het dan geen excuus zijn voor ons?

Daarom hebben de geleerden beslist dat het huwelijk op die leeftijd toegestaan is op voorwaarde dat de vrouw daarvoor klaar is en dat dat haar geen kwaad berokkent, zelfs al is ze maar negen jaar oud. En nog in onze tijd zijn er in bepaalde regio's vrouwen die de volle volwassenheid bereiken, fysiek, mentaal, enzovoorts terwijl ze pas negen jaar oud zijn. Dus het is niet de leeftijd die in beschouwing wordt genomen.

Sommige broeders hebben me overigens geïnformeerd dat in bepaalde regio's van Oost-Europa het kind van acht jaar vergelijkbaar is met een volwassene. En het meisje van ach of negen jaar is vergelijkbaar met een volwassen vrouw, want ze hebben de volle volwassenheid bereikt. Door ze te vergelijken met een andere persoon zou men zelfs kunnen denken dat ze twintig of dertig jaar zijn, want ze hebben hun volle aanleg bereikt. En het is niet onmogelijk dat dat bij ons ook bestaat. Dus wat telt, is niet de leeftijd, maar dat ze hun volle aanleg hebben bereikt en dat berokkent hen geen kwaad.

En omgekeerd is het mogelijk dat een meisje achttien jaar oud is, maar dat het niet toegestaan is met haar te trouwen. Om welke reden? Als ze te mager is, te zwak, dan is ze niet klaar voor het huwelijk, zelfs als ze de leeftijd van dertig jaar heeft bereikt zoals een vrouw die door een ziekte wordt getroffen.

Bijvoorbeeld, kennen jullie bloedarmoede (anemie)? Het is een ziekte die zwakheid van het lichaam veroorzaakt, een persoon van dertig jaar getroffen door deze ziekte, en desondanks zou men denken dat ze jonger dan vijfentwintig is. In dat geval is het niet toegestaan om met haar te trouwen, want dat zou haar kwaad berokkenen, en de Profeet (sallAllâhu 'alayhi wasallam) heeft gezegd :

« Berokken julliezelf geen kwaad en berokken er geen aan de anderen. »

En het oordeel van een zaak is toepasbaar van zodra de oorzaak van dit oordeel aanwezig is.

Dus wat in beschouwing wordt genomen voor het huwelijk, is niet de leeftijd, maar het is de volle aanleg van de persoon. Het is waar dat in onze tijd, over het algemeen, de persoon haar volwassenheid bereikt tussen de leeftijd van tien jaar en die van vijftien. Het is wat het meest voorkomend is in deze tijd, en wat gekend is bij de mensen. En misschien dat dat ten hoogste tussen dertien en vijftien jaar zou zijn. Maar dat verhindert niet dat als de persoon haar volle volwassenheid bereikt voor deze leeftijd, dat het dan toegestaan is om met haar te trouwen.

Ik ben overigens ingelicht dat in Afrika, sommige personen - laten we verduidelijken : onder de ongelovigen, zodat dat niet toegeschreven wordt aan de Islam - met de meisjes trouwen terwijl ze de leeftijd van tien jaar nog niet bereikt hebben. Want daar bereiken de vrouwen heel vroeg hun volle volwassenheid. En het wordt vermeld dat in de warme landen, zowel de mannen als de vrouwen hun volle volwassenheid vroeger bereiken dan in de koude landen. Dus in dat geval is het vroeg trouwen en bescherming voor zowel de mannen als de vrouwen.

En de Profeet (sallAllâhu 'alayhi wasallam) heeft gezegd :

« O jullie jongeren ! Laat degene onder jullie die in staat is om te trouwen, dat doen en laat degene die het niet kan, vasten. Want de vasten zal voor hem als bescherming dienen. »
[2]

---------------------------------------------------------
[1] De shaykh verwijst hier naar de leeftijd waarop de Profeet (sallAllâhu 'alayhi wasallam) voor het eerst betrekkingen heeft gehad met zijn jonge echtgenote. Vandaar dat hij hier spreekt over negen jaar i.p.v. zes. [voetnoot van ابو معاذ محمد داود]

[2] Uit een les van shaykh 'Abdullâh al-'Adanî hafidhahullâh in Dâr al-Hadîth te Shihr (Jemen).

De gunsten van de Sharî’a.

Kort overzicht van de gunsten van de Sharî'a - Shaykh 'Abû 'Abdirrahmân 'Abdullâh ibn 'Umar ibn Mar'î ibn Burayk al-Adanî (hafidhahullâh ta'âlâ)
********************************************************
 
Al-hudûd (الحدود) is het meervoud van hadd (حد). Al-hadd komt in de Arabische taal overeen met hetgeen afbakent. En in de wetgeving, zijn het de wettelijke sancties die Allah (‘azza wajalla) heeft vastgelegd door Zijn Wijsheid om de mensen te ontmoedigen en ervan te weerhouden zonden en ongehoorzaamheden te begaan, en om hun zonden uit te wissen. En wij zullen inshâ’Allâh meerdere hoofdstukken zien met betrekking tot dit onderwerp.
 
Het maakt deel uit van de gunst van Allah (‘azza wajalla) voor de mensen van deze religie dat Hij voor hen deze rechtvaardige regels en deze perfecte wetten heeft bepaald waarmee de mens zich hervormt in dit wereldse leven en in het Hiernamaals.
 
En onze Heer (subhânahu wa ta’âlâ), de Wijze en de Alwetende, Die de schepping heeft geschapen, weet wat hen hervormt. En als middel daarvoor heeft hij datgene bepaald wat hen helpt om zich te hervormen op korte en lange termijn. Dat gebeurt soms door de nuttige kennis en haar effect op degenen die haar bezitten. Dat is een middel om hun wereldse leven en dat van het Hiernamaals te hervormen.
 
Ook de sharî’a, door hen de verplichtingen en de aanbevolen daden op te dragen die ook een middel voor hun hervorming zijn. En aan de andere kant, door hen te verbieden, te verhinderen en hen aan te sporen de verboden en de afkeurenswaardige daden, die een middel zijn voor hun ongeluk in dit wereldse leven en het Hiernamaals, niet te verrichten.
 
Een ander middel is het vermelden van de verhalen van de Profeten (‘alayhim as-salât was-salâm), hun situaties, en de manier waarop ze omgegaan zijn met hun gemeenschap. Door ook de situatie van hun opvolgers te vermelden en deze van hun tegenstanders in dit wereldse leven, maar ook wat onze Heer (jalla wa ‘alâ) beloofd heeft te geven als gunst aan hun volgelingen in het Hiernamaals en wat Hij beloofd heeft als bestraffing voor hun tegenstanders in dit wereldse leven en in het Hiernamaals.
 
Voor wie voordeel haalt uit deze aansporingen, uit deze kennis en uit deze vrome daden, zal dat alles een middel zijn voor zijn goed gedrag. Maar voor wie er geen voordeel uit haalt, heeft onze Heer (subhânahu wa ta’âlâ), de Wijze, door Zijn grote wijsheid en Zijn immense kennis dingen bepaald die hen ontmoedigen en die middelen zijn om er afstand van te nemen.
 
Daartoe behoren natuurlijke straffen die tekenen zijn en een andere manier van ontraden. En daartoe behoren ook wettelijke straffen, waaronder: al-hudûd.
 
Er zijn mensen voor wie nuttige kennis en vrome daden volstaan, dat is de oorzaak van hun rechtlijnigheid en hun leiding. Ze bouwen daarmee hun geloof door beetje bij beetje de ladder van kennis te beklimmen en gradueel voort te gaan in de vrome daden tot hij de hoogste graad bereikt. Dat staat hen toe standvastig te zijn op het rechte pad en de religie in dit wereldse leven en ze zullen ook verheven worden in het Hiernamaals met de toestemming van Allah Ta’âlâ.
 
Voor wie geen voordele haalt uit deze kennis en deze leiding, zullen deze terechtwijzingen dan aansporingen en ontmoedigingen zijn. Daarom hebben de moslimgemeenschappen mooie kalme levens. Ze zijn geleid door deze religie naar alle concrete en abstracte middelen die hen helpen om rechtgeleid te zijn.
 
Daarom is het ook dat als we de moslimmaatschappijen vergelijken met de ongelovige maatschappijen, dat we een verschil zullen zien tussen datgene waarop ze zich bevinden, in veiligheid en kalmering van de mensen. En dit is slechts een weinig van de vele zegeningen, voordelen en effecten van deze grootse religie op degenen die haar praktiseren.
 
En dit ondanks het feit dat vele mensen nalatig zijn met betrekking tot deze regels en het gebrek aan onderwerping van de moslims, van de leiders en van hun volkeren aan de wijze wetgeving en het gebrek aan begrip van deze rechtvaardige regels en deze perfecte wetgeving die een middel zijn om de situatie van de mensen op korte en lange termijn te verbeteren.
 
Wij hebben dat vermeld om te weten dat de toepassing van de wettelijke sancties in de islamitische religie deel uitmaakt van haar grootste weldaden. In tegenstelling tot wat de vijanden van de religie beweren, die zeggen dat het wrede regels zijn, onmenselijk en andere soorten woorden die enkel dienen om de mensen te verwijderen van de Islam en om de Islam te kleineren.
 
Al wie nadenkt over deze regels met rechtvaardigheid, op verstandige wijze, met waarheid en waarachtigheid, zal weten dat de verstandige en rechtvaardige mensen geen andere keuze zullen hebben dat deze rechtvaardige regels en perfecte wetgevingen te respecteren.
 
Onze Heer (jalla wa ‘alâ) heeft bevolen om de moordenaar die vrijwillig doodt, te doden tenzij de familie van het slachtoffer hem vergeet, zoals we in detail zullen zien inshâ’Allâh. Maar degene die per ongeluk doodt, hem doden we niet. Waarom? Zoals (Allah) subhânahu wa ta’âlâ zegt :
 
وَلَكُمْ فِي الْقِصَاصِ حَيَاةٌ يَا أُولِي الْأَلْبَابِ
 
« En in de qisâs (vergelding) is er voor jullie (een bescherming van) het leven, o bezitters van verstand. » [Koran, S. al-Baqara, v. 179]
 
Het feit date en persoon gedood wordt met als doel andere personen te beschermen, is beter dan deze criminele persoon in leven te laten et dat het leven van de anderen zonder waarde zou zijn. Daarom is het zo dat in de maatschappijen die nalatig zijn ten opzichte van moord, de misdaad toeneemt.
 
Waarom?
 
Want de moordenaar weet dat hij niet gedood zal worden. In alle geval zal hij niet gedood worden. In hun wetten bestaat de doodstraf niet, zoals dat het geval is in de landen van de ongelovigen.
 
Op dezelfde wijze, als de kwaadwillige persoon die de bezittingen van de mensen steelt, weet dat zijn hand zal afgehakt worden, dan zal dat hem ontmoedigen om te stelen. Want als de aansporingen het niet ontmoedigen, zullen deze wettelijke straffen het ontmoedigen.
 
Zo zullen de mensen veiligheid vinden. Als één hand wordt afgehakt, zal dat een middel zijn om de bezittingen van de mensen te vrijwaren en dat al wie wenst te stelen hiervoor ontmoedigd zal worden, want hij zal weten dat zijn hand zal afgehakt worden.
 
Maar als dat niet plaatsvindt, wat zal er dan gebeuren? De mensen zullen in verleiding gebracht worden om te stelen.
 
En dit geldt ook voor wat het gedrag betreft. Als degene die getrouwd is en overspel pleegt, zich laat stenigen en als degene die niet getrouwd is en overspel pleegt, zich laat geselen (met zweepslagen), enzovoorts volgens de verschillende details over dit onderwerp. Dus als iemand geen voordeel haalt uit de religieuze aansporingen en als ze hem niet ontmoedigen, dan zullen de wettelijke sancties hem ontmoedigen en een middel zijn om de maatschappij te beschermen.
 
In een bericht dat vandaag verspreid is, staat dat agenten in Amerika geconfronteerd werden met meer dan 150 000 woeste jongeren. 150 000, en dit in één jaar.
 
Het is een aantal waarvan ik denk dat het zelfs in tientallen jaren niet zou kunnen bereikt worden in de moslimlanden. En dat ondanks hun onachtzaamheid en hun verwijdering van de religie.
 
Wat is daar de oorzaak van?
 
De oorzaak, zoals we eerder hebben gezegd, is de gunst van Allah voor de mensen van deze religie door hen deze rechtvaardige regels en perfecte wetgevingen te hebben bepaald. Ze hebben de maatschappij op meerdere manieren opgevoed en gedisciplineerd.
 
Voor degene aan wie de kennis en het geloof geen profijt brengen, zal de lichamelijke afschrikking hem van nut zijn. Bekijk de situatie van de persoon die gelooft in Allah en weet dat Allah hem ziet. Zelfs als hij van tijd tot tijd vergeet, verwijt de gelovige zichzelf. Daarom keert hij zelfs na enige tijd terug (naar het rechte pad). En als hij niet terugkeert, dan disciplineren de wettelijke sancties de mensen en zijn ze een middel om de maatschappij te beschermen tegen het kwaad van de slechte mensen en de misdaden van de criminelen.
 
Als we dat nu vergelijken met het verstand zonder te spreken over de wetgeving. Wat is verkieslijker? Is dat het doden van één, twee of tien misdadigers en ruil voor het beschermen van het leven van honderden onschuldige personen (of is dat hen in leven laten)? Wat is de beste zaak?
 
Als de weldaden en de wandaden nu in beschouwing worden genomen, zal meteen duidelijk zijn dat dat het beste is. Eén enkele wordt gedood om er duizenden te beschermen. Daarom vind je in de statistieken dat de moorden in de landen van de ongelovigen extreem talrijk zijn. De oorzaak daarvan is dat deze maatschappijen deze grote regels niet toepassen die één van de grootste middelen zijn om de maatschappijen te hervormen.
 
Daarom moeten de moslims trots zijn op deze regels van wetgeving die geopenbaard zijn door Allah (subhânahu wa ta’âlâ). De moslim moet ze niet verbergen en nog minder ze niet toepassen. Hij moet er trots op zijn en haar weldaden uiteenzetten. En de moslims moeten al het mogelijke doen om ze toe te passen.
 
Sommige ongelovige landen vinden wetten uit die voortkomen van de mens en schenken geen aandacht aan wat het Oosten of het Westen zegt, zolang het hen goed uitkomt.
 
De religie van Islam is dus de religie van het juiste midden tussen hen en diegenen die hierin overdrijven, zoals de communistische en socialistische maatschappijen. Om de veiligheid te handhaven, hebben ze de doodstraf voorgeschreven voor elke misdaad. Wie bezittingen van de staat steelt, wordt ter dood veroordeeld. Wie enkele verboden zaken verkrijgt, wordt ter dood veroordeeld. Wie in de economie probeert te bedriegen, wordt ter dood veroordeeld. Ze hebben enorm overdreven met de doodstraf.
 
En in de westerse maatschappijen is het exact het tegenovergestelde daarvan. Ze passen de doodstraf niet toe. Dus sommigen hebben overdreven en anderen zijn nalatig. En desondanks zijn de maatschappijen in de toestand waarin ze zich bevinden.
 
Betreffende de regels van deze prachtige religie die geopenbaard zijn door Allah, daarin vinden we de perfecte gerechtigheid. Je zal geen klein of groot oordeel vinden zonder dat het jou deze schitterende door Allah, de Heer der werelden, geopenbaarde religie doet eren. Want in deze religie is elke zaak op de plaats gezet die met haar overeenkomt.
 
Dat wetende moeten we trots zijn op deze wetgevingen en deze regels. En we schamen er ons niet voor zoals dat het geval is voor sommige onwetenden en voor diegenen die getroffen zijn door de dubbelzinnigheden van de ongelovigen. Ze beginnen te vervormen, te wijzigen, zich te schamen en andere zaken waarmee ze proberen in de smaak te vallen bij de ongelovigen. Ze weten niet dat wat Allah geopenbaard heeft, in Zijn religie en Zijn wetgeving, de waarheid is waarin er kracht en goeds zit. En dat is de oorzaak voor de kracht van de mensen van deze religie en wat van hen de beste van de mensen in dit wereldse leven en het Hiernamaals maakt.
 
[Uittreksel uit de eerste les over “Sharh Kitâb al-Hudûd”, uit het boek “ad-Durar al-Bahiyya fî Masâ’il al-Fiqhiyya” van Imâm ash-Shawkânî (rahimahullâh).]

Live duroos